donderdag 31 juli 2014

Mag ik garnalen gaan verkopen?

In maart 1937 wil Pieter een onderhoud met de Rijksdienst. Hij wil graag garnalen gaan verkopen als aas voor de aallijnners. Die vissen op aal met behulp van spiering die zij eerst zelf moeten vangen. Maar die vangst valt tegen en is niet meer afdoende. Pieter ziet er wel brood in om garnalen te gaan verkopen aan deze vissers en vraagt de Rijksdienst om een onderhoud. "In ons onderhoud over deze questie kan ik dat tot in de finesses met u bespreken".
De Rijksdienst antwoordt hem dat hij dit moet regelen bij het "Verkoopkantoor voor garnalen te 's Gravenhage". Tja, waar anders?

dinsdag 29 juli 2014

Geen recht op uitkering

In ieder geval oordeelt de commies van het Departement van Waterstaat dat niet is gebleken dat de drooglegging van de Zuiderzee de oorzaak is van de verminderde rentabiliteit en zodoende hebben de eigenaren ook geen recht op een uitkering in de zin van de Zuiderzeesteunwet. Eén van de knechten wel, maar die is niet regelmatig in dienst van C. Mooijer & Co. Maar ja, er wordt ook nog even opgemerkt dat het bedrijf niet in staat is namen en adressen van de knechten juist op te geven…

donderdag 24 juli 2014

Geen halve maatregelen

De commies stelt geen halve maatregelen voor: “…zoo zullen diverse huren na afloop van de contracten worden verlaagd, moeten lonen worden herzien en zo mogelijk een inkrimping van het personeel. Ook de compagnons zullen met een lager weekinkomen genoegen moeten nemen, te meer daar 5 eigenaren de exploitatie financieel gesproken, onevenredig zwaar belasten. Ongetwijfeld is het dan mogelijk de vischhandel, zij het dan op meer bescheiden wijze, loonend te maken”.
Geen makkelijke opgave in crisistijd. Nu weten we dat de crisisjaren duurden van 1929-1940.


dinsdag 22 juli 2014

Bezuinigen is het credo

Uit het onderzoek in 1935 naar de financiële situatie van C. Mooijer & Co blijkt dat er aardig wat verlies wordt geleden. De commies van het Departement van Waterstaat kan door de gebrekkige boekhouding niet zien waar dat precies aan ligt. De combinatie beweert echter dat het komt door de drooglegging van de Zuiderzee en de daardoor verminderde toevoer van Zuiderzeevis. Hierdoor moet de vis van ver gehaald worden (dus meer transportkosten) en bovendien is Noordzeevis in verhouding duurder.
De commies denkt echter dat er meer redenen zijn waardoor de winkels minder rendabel zijn, het zijn tenslotte ook de ‘crisisjaren’, een lange periode van krimp in de economie en van grote werkloosheid.
"De verminderde koopkracht van het publiek, alsmede de verscherpte concurrentie noopt den zakenman een meer economische aanpassing aan de veranderde tijdsomstandigheden te zoeken, zoodoende het hoofd boven water te houden”.
Met andere woorden: men moet bezuinigen!

donderdag 17 juli 2014

Een combinatie van vishandelaren

Onze Pieter is mededeelnemer aan de combinatie C. Mooijer & Co. te Volendam die een zestal viswinkels drijft. In februari 1935 vragen de deelnemers (5 eigenaren) krediet aan bij de Rijksdienst. Alvorens de Rijksdienst krediet verleent, wordt een onderzoek ingesteld naar de financiële omstandigheden van het bedrijf, verricht door de commies van het Departement van Waterstaat. De combinatie heeft 9-10 knechts in dienst die tezamen met de 5 eigenaren de winkels beheren en zorgen voor het vervoer van de vis. Dit wordt gedaan met 2 vrachtwagens.
Vóór 1 mei 1934 werd er geen boekhouding gevoerd, maar werd alles bijgehouden op weekstaatjes zonder een onderverdeling per winkel te maken. Dat bemoeilijkt de zaak, maar de commies doet toch een poging.

dinsdag 15 juli 2014

Nadere beschikking: altijd slecht nieuws

Pieter heeft een gezin bestaande uit een vrouw en 5 kinderen onder de 14 jaar. Oktober 1932 blijkt hij toch een tegemoetkoming te hebben gekregen van f 17,- per week. Dat is fijn, maar in maart 1933 volgt een nadere beschikking. En dát is meestal slecht nieuws. De Rijksdienst vindt dat hij wordt geacht “met behulp eener geldelijke tegemoetkoming van f 11,- per week, door aanwending van eigen arbeidskracht in staat te zijn te voorzien in voldoende middelen tot levensonderhoud”.

donderdag 10 juli 2014

Pieter Smit, vischhandelaar

Ons nieuwe dossier gaat over Pieter Smit, geboren 17-7-1896. Pieter was “vischhandelaar” en mede-eigenaar van de firma C. Mooijer & Co. Deze firma bezat zeven viswinkels in Amsterdam/Volendam. In november 1932 vraagt hij een geldelijke tegemoetkoming aan op basis van de Zuiderzeesteunwet. “Door het ontbreken van haring, spiering, sprot enz. is er voor mij als vischventer op heden niets meer te verdienen”. Het antwoord stelt hem niet gerust: ”Gelet op de vischaanvoer bij de onderscheidene vischafslagen en elders wordt gij geacht thans in staat te zijn door aanwending van eigen arbeidskracht u voldoende middelen tot levensonderhoud te kunnen verschaffen.” Die geldelijke bijdrage gaat niet door dus…

vrijdag 4 juli 2014

Sinds het overlijden geen cent meer gebeurd


In december 1940 overlijdt de man van Grietje. Zijn steun werd echter ook gelijk stopgezet. In februari 1941 is het dus weer eens de hoogste tijd dat Grietje aan de bel trekt. “Daar ik tog zelf belanghebbende ben. Ik heb zelf een dossier nummer… daar ik tog bericht kreeg dat wanneer mijn man kwam te overlijden dat ik tog in de zelfde rechten viel en daar heb ik steeds op vertrouwt en nu vraag ik heel vriendelijk om zoo spoedig mogelijk steun te ontvangen, daar ik er recht op heb.”

dinsdag 1 juli 2014

Eerlijkheid gestraft


De volgende brief van Grietje die we onder de aandacht brengen is een brief van april 1935. Ze is dus al wat jaartjes bezig. Haar man was gekort op de tegemoetkoming omdat hij op een loonbriefje had geschreven dat hij 12 gulden had gekregen, maar hij had ze eigenlijk niet verdiend. Daarom moest Grietje met 6 gulden rondkomen. “En u weet tog zeeker wel dat mijn man nog nooit zolang er geldelijke tegemoetkomen is uit gedeeld nog nooit geen 12 gulden per week heeft ontvangen. Degeene die geen loonbriefjes hebben in gevult, hebben een 10 gulden alle weken nog gebeurd. Ik vraagt beleeft om mijn achter gebleven gelden terug te ontvangen."